dinsdag 2 oktober 2012

Van Rob: Anna Koosje terug naar Rotterdam


Varend door Servië zijn we van het internet afgebleven vanwege de roamingkosten, maar we hebben wel geschreven. We zijn nu binnen de EU, in Hongarije. Daarom een heel pakketje blogs op een dag.

 
De terugreis met de Anna Koosje vanuit Rousse op Donaukilometer 497 begon voor mij met de klassieke Volvo Amazone van Egbert, die zo vriendelijk was om mij naar Eindhoven Airport te rijden. We praten over 18 september 2012. Goos Hageman stond me daar al op te wachten. Het toestel van WizzAir was wat te laat, maar dat werd onderweg grotendeels goed gemaakt. De formaliteiten in Boekarest stelden niet veel voor en met een taxi waren we in dertig minuten in het hotel Scala. Een prachtig oud huis met klassieke inrichting. Bij een temperatuur van 24 graden kon er buiten op het terras voortreffelijk gedineerd worden.
De receptioniste regelde vervoer voor de volgende ochtend. Eerst een beetje door de stad, waar we snel een openluchtmuseum bezochten met huizen zoals die vroeger gebouwd werden..
Toen ging het door naar Rousse. Langs ons favoriete hotel Anna Palace en Shipyard Rousse, en dan de Anna Koosje. Ik merkte dat ik haar gemist had. Gennadi stond meteen te zwaaien en de eigenaar van de ponton had zijn enigszins Engelssprekende secretaresse geregeld om met ons te praten. Nog belangrijker: hij had op zijn ponton bier op het vat en dat moest geproefd worden. Gennadi moest naar huis om voor zijn vader te koken en zou om 5 uur terugkomen om zijn spullen op te halen.
Met een busje van het bedrijf en een chauffeur naar de Metro om een basisvoorraad in te kopen. Er was bijna niets meer aan proviand, behalve nog 3 potten mosterd en de nodige drank. Maar ja daar kun je ook niet van leven. Net terug, komt Johan z’n vriend van de agent met een document dat getekend moet worden en dan konden we vertrekken. We hebben hem dat nog tweemaal gevraagd. Intussen ook nog contact met de wijnleverancier. Hij zou de reeds bestelde Pristis de volgende morgen bijtijds komen brengen.
Na alle spullen gestouwd te hebben het schip uitgeprobeerd. Alleen de startaccus deden het niet, maar daar hebben we voorzieningen voor. Alles deed het. Na een eenvoudige doch voedzame maaltijd te kooi om de volgende dag vroeg te beginnen.
Nou dat schoot dus niet op.
De wijnboer kon pas tegen half elf komen en toen verscheen ook mijn vriendje van de agent, die met dat lange haar. Er klopte niets van en we moesten eerst naar ponton 12 om overal uit te checken. De weg is bekend. Eerst papieren maken. Crewlist, voorraadlijst, dieselolie etc. Dan langs de douane, de politie en de capitania. Het was pas twee uur toen we de neus van Anna Koosje stroomopwaarts draaiden.
De eerste 20 kilometer was er weinig aan de hand. Gelukkig bleven alle systemen het doen.
Door het draaien werden ook weer de startaccus opgeladen. Het weer gaf tekenen van verandering. Wat ook veranderde was de ligging van de boeien. Tussen kilometer 520 en kilometer 580 kwam eigenlijk niets meer overeen met Pierre Verberght of PC Navigo. Soms lagen we bijna dwars op de rivier. Verwarrend, maar als je aan wadvaren denkt valt het te begrijpen. Op kilometer 542 bij het eiland  Babrek hebben we die eerste avond het anker laten vallen.
De volgende dag ging het slalommen gewoon door. Opvallend was de hoeveelheid scheepsverkeer. Dat was erg prettig want zo konden wij professioneel achter onze voorganger aanvaren en daarmede de zandbanken ontwijken. Even afsnijden was er niet bij, daar kwamen we al gauw achter. Anna Koosje heeft ons dat vergeven. Boeiend als je ook bedenkt dat de waterstand ruim een meter lager is dan op onze heenreis. Het weer werd gestaag minder. Eerst nog een paar buitjes bij overigens een temperatuur van boven de 30 graden. Nu bleek het prettig dat we een radar hadden om bij te zetten.
Ankeren bij kilometer 627, eiland Baloiu. Goos laat wederom zien wat hij in de keuken presteert.
Het begint nu echt hard te waaien en in de regen laat ik ook maar het tweede anker vallen.
Volgens de de berichten is dit de eerste bui na maanden van droogte. Nou, ze weten wel wat ze laten vallen. En wij maar denken dat die Donau nu wel omhoog zou komen.
Dat was de volgende dag niet het geval. Wel was het weer mooi weer, maar dan met een temperatuur van tien graden lager. Zeer aangenaam. We vervolgden onze weg met zo’n 8 tot 9 kilometer per uur en schatten de tegenstroom op 4 kilometer. Goos heeft inmiddels zijn ankerbrevet gekregen met een vermelding vol lof over het keukengebeuren.
Ik zei al dat we hebben overnacht bij kilometer 627. Bij 630 ligt Corabia in Roemenië. Daar wilden we inkopen gaan doen. Nu hebben ze daar geen enkele mogelijkheid om met een schip als de Anna Koosje aan te leggen, maar ze hebben ook de vaargeul verlegd. Dan maar doorgaan en verderop inkopen. Dat bleek via de oude vaargeul nog heel moeilijk. Dit maal zat de AK met haar kont vast. Niet echt erg maar je schaamt je er wel voor.
Uiteindelijk hebben we boodschappen gedaan in Oriahovo, kilometer 679 in Bulgarije. Niets met papieren. Voor 10 euro reeds de beveiliging van een ponton, het enige, ons naar de locale supermarkt en terug met een volle trolley voor 45 euro. Het ankeren bevalt ons meer dan goed. En na een dag van hard werken smaakt de borrel goed als we weer in de zon zitten bij kilometer 720. We zijn zeer tevreden over de afgelegde afstand en melden dat aan de rederij in Doorn die nu in Turnu Severin mag opstappen en vriend Stefan wat eerder in Calafat.
Zondag 23 oktober varen we die kant uit. Bij een van de versmallingen in het vaarwater houden we als opvarend verkeer stil om afvarend verkeer voorrang te verlenen. Dat was maar goed ook want een daarvan was 118 meter breed en 110 meter lang. Daarmee had hij de hele breedte nodig. AIS en marifoon zijn dan echt ook nodig.
In Calafat echt inklaren en dan maar met de net gearriveerde Stefan uit eten. Een fraaie juffrouw in een hokje wees de weg. Het restaurant zal nooit sterren krijgen. Zeker niet voor de aan ons verstrekte pizza’s.
Met inklaren en uitklaren ging het even verkeerd, maar daar zijn we met een zeer vriendelijke beambte uitgekomen. Hij gaf ons Hollanders gelijk dat we Roemenie nog niet in Schengen hadden toegelaten. “Daar is dit land nog lang niet rijp voor”, sprak hij.
Aan de tweede brug naar Bulgarije die gepland stond voor 2010 zal nog wel enige tijd gewerkt worden. We konden er zo onderdoor varen, geen wachten zoals op de heenreis. Aan het eind van deze dag hebben we onze eerste sluis: Portile de Fier, IJzeren Poort. We kiezen voor de Roemeense kant en dat blijkt goed te zijn. De sluis staat open en als enige worden we acht meter omhoog getild. Dat ging zeer voorspoedig. Na de sluis het anker uit. Stefan kookt. Dat kan hij ook.
Dan is het dinsdag 25 oktober. Ik maak me nu wel zorgen over het olieverbruik van onze Scania. Was dat eerst een liter per dag. Nu via twee liter zit ik al op vier. Dat wordt een beetje veel.
Zeker nu de eerste cannister al leeg is, en nog maar eentje over. Inspectie van de motor geeft geen uitsluitsel. Vanavond in Turnu Severin maar eens verder onder het geluidsjasje van de motor kijken.
De dag verloopt gezellig en ook Stefan krijgt de kneepjes van het varen onder de knie. Tijdig komen we aan in Drubeta Turnu Severin bij kilometer 931.  We mogen aanleggen bij het ponton van Terrassa Marinaru. De eigenaar is uiterst vriendelijk. We hoeven hier niet te betalen en kunnen ook nog stroom krijgen. Bij de Capitania denken ze daar anders over. Hij zou geen vergunning hebben om schepen aan te meren. Wij moeten naar ponton 2. Daar worden de formaliteiten gedaan, en ik reken bij een aantrekkelijke Roemeense jongedame 5 euro af voor enig papierwerk. Dan komt er een snurker vertellen dat we € 40 moeten betalen voor het leggen aan ponton 2. Dat ging te ver. Ik naar de politie en vervolgens naar die aanminnige juf.
Onder protest mogen we terug naar de eerste ponton, waar vriendelijkerwijze de muziek wat zachter wordt gezet. We maken een stadswandeling na de spoorweg te zijn overgestoken. Normaal vertel je zoiets niet, maar nu moesten we over een trein heen die net voor onze neus stopte. Dus ook tussen de wagons door. Een mens maakt wat mee. Terug op het terras daar gegeten. Vooral het bier was lekker en Stefan had sjans met de serveerster die later getrouwd bleek met een jongen van de gendarmerie. Maar die was ook aardig.
Diepgaande inspectie van de motor leverde een losgetrilde slangkoppeling op. Die goed aangetrokken en nu maar afwachten.
Stefan deed inkopen bij de Carrefour, en ik met de eigenaar van het ponton op zoek naar motorolie. Beide aangelegenheden zijn met succes verlopen. We kunnen er weer even tegen. Toen kwam Johan. Een blij weerzien en koffie op het terras van de ponton. Die kwam wat later want de stroom was uitgevallen. Met het uitchecken bij de ambtenaren duurde het wat langer. Ze waren nog ontstemd over gisteren en mompelden nog iets over een vergunning. Toen konden we weg na een hartelijk afscheid van de pontoneigenaar. Ik kan alvast vertellen dat het olieprobleem blijkt te zijn opgelost.

1 opmerking:

  1. Had the good luck seeing this beautiful vessel from Boppard: http://www.flickr.com/photos/schuberts/8160892090

    Please feel free to link your blog to this image in a non-commercial way; it is my photo #1000 on this photography-sharing Website!

    Cheers!

    BeantwoordenVerwijderen